Geen uitknop voor verhalen – waarom we verhalen ontwikkelen én nodig hebben. Juist in verandering

Begin juni overleed mijn moeder. Haar levensverhaal eindigde. Tegelijkertijd gingen de verhalen over haar stromen – bij mij en anderen. Er kwamen mooie, ontroerende, grappige, kenmerkende, lieve en soms minder mooie verhalen naar boven. Al die verhalen samen lieten zien wie mijn moeder was.
Voor mij is het aanleiding om weer eens stil te staan bij deze vragen en de noodzaak om verhalen in te zetten wanneer je mensen mee wilt krijgen in een verandering:
• Waarom zitten we allemaal vol verhalen – ook al zien we onszelf vaak niet als goede verhalenvertellers?
• Waardoor zijn onze verhalen over hetzelfde zo verschillend – ook al maken we hetzelfde mee?
• Waarom kunnen we juist in ons werk en in verandering niet zonder verhalen – al denken sommigen daar echt anders?

Gesprekken voeren: kunnen we dat eigenlijk nog?

Echte verandering gebeurt niet door bordjes te verhangen, mensen op training te sturen, een nieuwe visie op intranet te zetten of een roadshow langs de afdelingen te houden. Maar door gesprekken en dialoog. “Veranderen is meer dan wat ook door middel van taal en communicatie een nieuwe werkelijkheid creëren”, zeggen De Caluwé en Vermaak daarover. Maar kunnen we dat nog: goede gesprekken voeren en een dialoog op gang krijgen en houden? En hoe kan storylistening daarbij helpen?

De zoektocht naar ons grote narratief: noodzaak of onzin?

NRC-columnist Caroline de Gruyter spoort onze leiders aan om ons, burgers, het grotere narratief te laten zien. Pas dan kunnen we écht in beweging komen en ons gedrag veranderen waar dat nodig is. Columnist Ewoud Sanders wordt juist gek van dat woord narratief.
Waarom hebben we toch zo’n groter narratief nodig om in beweging te komen, zowel in de samenleving als in onze organisaties? Maar waarom werkt de suggestie van het bestaan van dat ene, ware narratief eerder averechts? Wat werkt beter?

Ophouden met verhalen vertellen? Liever niet!

Op Volkskrant.nl pleit gastcolumnist Tineke Bennema ervoor om op te houden met verhalen vertellen en ons op de data te richten [1]. Zij is de laatste tijd niet de enige. Het laat zien dat er nog veel onbekendheid is met het vak Business Storytelling (& storylistening). Dat vak is bovendien niet synoniem aan marketing, zoals Bennema ook suggereert, maar draait allereerst om identiteit, verbinding en organisatieontwikkeling. Juist organisaties die niet luisteren naar de onderstroomverhalen die er zijn en zich beperken tot bovenstroomdata, komen zichzelf snoeihard tegen in de zoveelste geldverslindende, frustrerende, mislukte verandering. En in de gapende kloof tussen leiding en medewerkers. Tijd dus om wat recht te zetten: data en verhalen staan niet tegenover elkaar, maar hebben bestaansrecht náást en in relatie elkaar. Verhalen zijn data met een ziel, zoals onderzoeker Brené Brown het verwoordt.

Wat je kunt leren van het gesprek van Famke Louise en Diederik Gommers…

Ik moet je bekennen dat ik geen fan (of follower) ben van Famke Louise. En toch heeft ze deze maand mijn hart een beetje gestolen. Zij én IC-arts Diederik Gommers. Hun gesprek bij Jinek op 22 september is een ijzersterk voorbeeld van de stelling dat luisteren een gedragsveranderende interventie kan zijn. Oordeelloos luisteren, wel te verstaan…

Luisteren naar verhalen? Hebben we in deze coronatijd niet iets veel beters te doen?

Waarom is aandacht voor verhalen in organisaties ook in deze ingewikkelde coronatijd zo belangrijk? Omdat mensen juist in een ingewikkelde tijd verhalen vertellen en behoefte hebben aan verhalen. We zijn nu eenmaal zingevende wezens. Bekijk de vlog over de toegevoegde waarde van storylistening in deze tijd.

Zo maak je van je organisatie een beter verhaal

Vrijdag ontmoette ik Cody Keenan, speechschrijver en ghostwriter van Obama. Als business storyteller én  speechschrijver was ik blij met zijn kernboodschap: de 3 geheimen van een goede speech zijn authenticiteit, empathie en… storytelling. En wat voor Obama geldt, geldt voor iedere leider en leidinggevende die mensen wil raken en bewegen…

Waarom geen enkele kerst- of nieuwjaarstoespraak een verplicht nummer mag zijn

Kerst- en nieuwjaarstoespraken kunnen waardevolle overgangsrituelen zijn: momenten om samen iets af te ronden of op te starten. En voor leiders zijn het gouden momenten om zich weer steviger met hun medewerkers te verbinden. De praktijk leert jammer genoeg, dat ze vooral worden gezien als verplichte nummers. Iets wat ‘even moet gebeuren voordat we met elkaar aan de borrel gaan’. Hoe voorkom je dat ze eerder bijdragen tot vervreemding dan tot herkenning? Tot afstand in plaats van verbinding?